Translation of "Basketbal" in Spanish

Ze speelde basketbal.

Ella jugó al baloncesto.

Ik speel graag basketbal.

Me gusta jugar al baloncesto.

Basketbal spelen is leuk.

Jugar al baloncesto es divertido.

Ze heeft vroeger basketbal gespeeld.

Ella solía jugar baloncesto.

Houdt je broer van basketbal?

¿A tu hermano le gusta el baloncesto?

Lange spelers hebben een voordeel in basketbal.

En el baloncesto, los jugadores altos están en ventaja.

We hebben basketbal gespeeld in de turnzaal.

Jugamos a baloncesto en el gimnasio.