Translation of "Gezinnen" in Portuguese

- Twee gezinnen leven in hetzelfde huis.
- Twee gezinnen wonen in hetzelfde huis.

Duas famílias vivem na mesma casa.

In dit gehucht wonen vijftig gezinnen.

Neste povoado moram cinquenta famílias.

Twee gezinnen leven in hetzelfde huis.

Duas famílias vivem na mesma casa.

Vier gezinnen kwamen om in de brand.

Quatro famílias perderam suas vidas no incêndio.

- Twee gezinnen leven in hetzelfde huis.
- Twee families wonen in hetzelfde huis.

Duas famílias vivem na mesma casa.

- Twintig families leven hier.
- Hier wonen twintig families.
- Hier wonen twintig gezinnen.

Vinte famílias vivem aqui.

Gelukkige gezinnen lijken alle op elkaar, ieder ongelukkig gezin is ongelukkig op zijn eigen wijze.

Todas as famílias felizes assemelham-se umas às outras, cada família infeliz é infeliz à sua própria maneira.