Translation of "Chinese" in Portuguese

0.003 sec.

Examples of using "Chinese" in a sentence and their portuguese translations:

- Hou je van de Chinese keuken?
- Houdt u van de Chinese keuken?

Você gosta da culinária chinesa?

- Tom gaat met een Chinese uitwisselingsstudent.
- Tom gaat uit met een Chinese uitwisselingsstudent.

Tom está namorando uma estudante de intercâmbio chinesa.

- Ze is een Chinese moslim met blauwe ogen.
- Ze is een blauwogige Chinese moslim.

Ela é uma chinesa muçulmana de olhos azuis.

Kan je dat Chinese ideogram lezen?

Você pode ler este caractere chinês?

- Ik ben Chinees.
- Ik ben Chinese.

- Eu sou chinês.
- Sou chinês.

De kunstenaar tekende met Chinese inkt.

O artista desenhou com tinta da China.

Heb je ooit al eens Chinese gedichten gelezen?

Você já leu algum poema chinês?

- Mijn vriendin is een Chinese.
- Mijn vriendin is Chinees.

- A minha namorada é chinesa.
- Minha namorada é chinesa.

De Aziatische bosduizendpoot is gevaarlijk, maar niet alles is slecht. De Chinese geneeskunde gebruikt het gif bij attaques en huidaandoeningen.

O centípede asiático pode ser mau, mas não é maléfico. Na medicina chinesa, o seu veneno é usado para tratar convulsões e feridas de pele.

Nederland heeft het plan opgevat radiogolven te onderzoeken die uit het diepste van het heelal komen door middel van een instrument dat in een Chinese satelliet zal worden ingebouwd en die als het ware zal worden „geparkeerd” in de kosmische ruimte achter de maan.

A Holanda tem planos de pesquisar as ondas de rádio que vêm das profundezas do universo, por meio de um instrumento a ser instalado em um satélite chinês que será "estacionado", por assim dizer, no espaço cósmico atrás da lua.

Het dozijn dierentekens in de Chinese dierenriem komen van de elf soorten dieren die in de natuur voorkomen: de rat, de stier, de tijger, de haas, de slang, het paard, het lam, de aap, de haan, de hond, en het varken - en de mythische draak; ze worden gebruikt als een kalender.

Os doze animais dos signos do zodíaco chinês provêm de onze tipos de animais que encontramos na natureza: o rato, o boi, o tigre, o coelho, a serpente, o cavalo, o carneiro, o macaco, o galo, o cachorro e o porco, e do mitológico dragão; eles são utilizados como calendário.