Translation of "Speelt" in Japanese

- Hij speelt daar.
- Daar speelt hij.

彼はそこで遊んでいます。

Tony speelt.

トニー君は遊んでいます。

Kenji speelt tennis.

賢治君はテニスをします。

Hij speelt buiten.

彼は外で遊んでいます。

Maria speelt piano.

メアリーはピアノを弾きます。

Ze speelt gitaar.

彼女はギターを弾きます。

Speelt hij piano?

彼はピアノをひきますか。

Miho speelt piano.

美穂さんはピアノを弾きます。

Zij speelt piano.

彼女はピアノを弾きます。

Hij speelt voetbal.

- 彼はサッカーをしている。
- 彼はサッカーをする。

Ze speelt Bach.

彼女はバッハ弾きです。

Iemand speelt piano.

誰かがピアノを弾いている。

Hij speelt muziek.

彼は音楽を演奏しています。

Speelt zij piano?

彼女はピアノを弾くことができますか。

- Ze speelt iedere dag tennis.
- Iedere dag speelt ze tennis.

彼女は毎日テニスをする。

- Ze speelt heel goed tennis.
- Zij speelt heel goed tennis.

彼女はテニスがとてもうまい。

Mike speelt graag basketbal.

マイクはバスケットボールをすることが好きです。

Overigens, speelt gij viool?

- ところで、君はバイオリンを弾きますか。
- ところで、バイオリンは弾きますか。

"Speelt zij tennis?" "Ja."

「彼女はテニスをしますか」「はい、します」

Hij speelt goed gitaar.

彼は上手にギターをひきます。

Iedereen speelt het liefdesspel.

誰もが恋のゲームをしている。

Akira speelt goed tennis.

明はテニスが上手だ。

Wie speelt er gitaar?

ギターを弾いているのは誰ですか。

Hij speelt vaak gitaar.

彼はよくギターを弾きます。

Nancy speelt geen tennis.

ナンシーはテニスをしません。

Wie speelt er piano?

誰がピアノを弾いているのですか。

Hij speelt geen honkbal.

彼は野球をしません。

Mijn zusje speelt met poppen.

姉は人形で遊んでいます。

Eric speelt in onze voetbalploeg.

エリックは私たちのサッカーチームにいる。

Helen speelt in de tuin.

ヘレンは庭で遊んでいます。

Tom speelt nu de viool.

トムは今、バイオリンを弾いている。

Ze speelt elke dag piano.

毎日、彼女はピアノをひきます。

Ze speelt elke zondag tennis.

彼女は毎週日曜日テニスをする。

Ze speelt heel goed tennis.

彼女はテニスがとてもうまい。

Zijn vader speelt geen golf.

彼のお父さんはゴルフをしません。

Hij speelt elke zondag golf.

彼は日曜日にはいつもゴルフをします。

Hij speelt erg goed piano.

彼はピアノをとても上手に弾く。

Hij speelt zeer goed tennis.

彼はテニスが上手にプレイできる。

Ann speelt heel goed tennis.

アンはテニスがとても上手だ。

Zij speelt zeer goed piano.

- 彼女はピアノをとても上手に弾く。
- 彼女はピアノがとても上手だ。

Tom speelt heel goed piano.

トムはとてもピアノが上手い。

Ellen speelt ook graag tennis.

エレンもテニスをするのが好きです。

Hij speelt alle dagen honkbal.

彼は毎日野球をします。

Mijn zus speelt met een pop.

妹は人形で遊んでいる。

Speelt ge tennis na de school?

放課後、テニスをしませんか。

Hij speelt beter piano dan ik.

彼は私よりピアノがうまい。

Weet je hoe men Mahjong speelt?

麻雀のやり方を知ってる？

Ze speelt zowel piano als gitaar.

彼女はギターのほかにピアノも弾く。

Mijn oudere zus speelt goed gitaar.

姉はギターを弾くことが上手だ。

Je speelt geen golf, of wel?

あなたはゴルフをしないんですね。

- Ik wil dat ge gitaar speelt voor mij.
- Ik wil dat je gitaar voor me speelt.

- 私は君にギターを弾いてもらいたい。
- 私にギターを弾いて聞かせてよ。

Mijn vader speelt golf, maar niet goed.

父はゴルフをやるにはやるが、うまくはない。

Ze speelt elke dag tennis na school.

彼女は毎日放課後テニスをします。

Ik ken het meisje dat tennis speelt.

私はテニスをしている女の子を知っています。

- Zij kan piano spelen.
- Ze speelt piano.

彼女はピアノが弾けます。

- Waar speelt gij tennis?
- Waar tennissen jullie?

あなたはどこでテニスをしますか。

Ik weet überhaupt niet hoe je golf speelt.

私はゴルフのやり方はさっぱりわからない。

En zo speelt elke burger een onmisbare rol.

それで市民一人一人がなくてはならない役割をはたしている。

Een groep jongeren speelt handbal op het speelplein.

青年の一団が運動場でハンドボールをしている。

Het meisje dat op de piano speelt is Akiko.

ピアノを弾いている女の子はあき子です。

- Hij speelt hier.
- Hij is hier aan het spelen.

彼はここで遊んでいます。

- Mijn broer speelt gitaar.
- Mijn broer bespeelt de gitaar.

私の兄はギターを弾く。

- Speel je honkbal?
- Spelen jullie honkbal?
- Speelt u honkbal?

野球をしますか？

Dit is een erg asociaal dier dat met vissen speelt.

‎極めて社交性の低いタコが ‎魚とたわむれるなんて

- Waarom speel je graag basketbal?
- Waarom speelt u graag basketbal?

なんで野球をするのが好きなの？

- Mijn vader speelt elke zondag golf.
- Mijn vader golft elke zondag.

父は毎週日曜日にゴルフをします。

- Zij speelt zeer goed piano.
- Zij kan heel goed piano spelen.

- 彼女はたいへんじょうずにピアノをひく。
- 彼女はピアノをとても上手に弾く。
- 彼女はピアノがとても上手だ。

- Speel je geen tennis?
- Speelt u geen tennis?
- Spelen jullie geen tennis?

君はテニスをしないのですか。

- Speel je voetbal?
- Speelt u voetbal?
- Spelen jullie voetbal?
- Voetbal je?
- Voetbalt u?
- Voetballen jullie?

あなたはサッカーをしますか。

- Het meisje dat piano speelt is mijn zuster.
- Het meisje aan de piano is mijn zuster.

ピアノを弾いている少女は私の妹です。