Translation of "صديقة" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "صديقة" in a sentence and their dutch translations:

ليس لديه صديقة.

Hij heeft geen vriendin.

أحضر سامي صديقة معه.

Sami nam een vriendinnetje mee.

إنهم يستثمرون في أعمال صديقة للبيئة،

Ze investeren in groene banen

- ليس لديه صديقة.
- ليس عنده حبيبة.

Hij heeft geen vriendin.

- أنا صديق روبرتس.
- أنا صديقة روبرتس.

- Ik ben een vriend van Roberto.
- Ik ben een vriend van Robert.

حسنا، دعني أخبرك عن صديقة عائلتنا المُقَرَبة (جيني)

Ik zal je iets vertellen over een vriendin van onze familie, Jenny.

مثل النمساويين ، تعرضوا لنيران صديقة مدمرة ، وأصيبوا بالذعر والتوجيه.

zoals de Oostenrijkers, kwamen ze onder verwoestend eigen vuur, raakten in paniek en sloegen op de vlucht.

- أنا لدي صديق في إنجلترا.
- أنا لدي صديقة في إنجلترا.

Ik heb een vriend in Engeland.

في نفس العام ، تزوج ناي من Aglaé-Louise Auguié ، صديقة ابنة جوزفين Hortense ، وهي

In hetzelfde jaar trouwde Ney met Aglaé-Louise Auguié, een vriend van Josephine's dochter Hortense,