Translation of "أرز" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "أرز" in a sentence and their dutch translations:

- هل لديكم أرز؟
- هل لديك أرز؟

- Hebben jullie rijst?
- Heeft u rijst?
- Heb je rijst?

‫في هذه المواجهة،‬ ‫وحيد قرن يستهدف قروياً هندياً‬ ‫يسير عبر حقل أرز.‬

Hier valt een neushoorn een Indiase dorpeling aan... ...die door een rijstveld loopt.

‫ضوؤها إشارة‬ ‫لليراعات الإناث عديمة الأجنحة على الأرض.‬ ‫إنها بحجم حبة أرز.‬

Hun licht is een signaal voor vleugelloze vrouwtjes op de grond. Ze heeft het formaat van een rijstkorrel.