Examples of using "Kırık" in a sentence and their dutch translations:
Mijn koffer is stuk.
Het is niet kapot.
Mijn paraplu is kapot.
Stap niet op de glasscherven.
De deurknop brak.
Deze stoel is kapot.
De bloempot is stuk.
Tom heeft een gebroken arm.
We zijn gemaakt van krom hout,
en dat babymasker is kapot.
Het lijkt erop dat het kapot is.
Eindelijk is zijn gebroken been genezen.
Mijn speelgoed is kapot.
George had een gebroken hart.
Ik heb mezelf aan wat gebroken glas gesneden.
Ik heb een gebroken nagel.
Deze gebroken vaas kan niet gerepareerd worden.
Zij verzorgde zijn gebroken been.
Zijn hart is gebroken.
De röntgenfoto toonde twee gebroken vingers.
Een gebroken spiegel brengt ongeluk.
Rob heeft drie onvoldoendes.
Er is een hoop dood hout dus dan worden we lekker warm.
Tom zag er diepbedroefd uit.