Examples of using "Dna" in a sentence and their dutch translations:
de genetische code in je DNA.
Er was geen DNA-bewijs gevonden.
Ze verloren het DNA-monster.
en er nog voor te betalen ook.
om een apparaat te bouwen dat heimelijk DNA kan verzamelen
Uit DNA-tests bleek dat hij onschuldig was.
De plasmide en de nucleoïde zijn bacteriële componenten die DNA bevatten.
Een DNA-test toonde aan dat hij onschuldig was.
Een DNA-test bewees dat hij onschuldig was.
DNA bestaat uit vier nucleotiden: A, T, C en G.
DNA bestaat uit vier nucleotiden: adenine, thymine, cytosine en guanine.