Examples of using "Negocios" in a sentence and their dutch translations:
Zaken zijn zaken.
Zaken zijn zaken.
Zaken zijn zaken.
- Het is zakelijk.
- Het zijn zaken.
- Het zijn bedrijven.
Ik doe zaken op internet.
De zaken gaan traag.
- De zaken gaan beter.
- De dingen zijn verbeterd voor het zakenleven.
Ze spraken over zaken.
Ik ben hier voor zaken.
Ik ben een zakenman.
Spreek niet over zaken tijdens het eten.
Hij is maar een eenvoudige handelaar.
Sommige van de vrouwen openden een kleine onderneming,
Hij is nu voor zaken in Londen.
Spreek niet over zaken tijdens het eten.
Tom is een slimme zakenman.
Mijn vader is een zakenman.
Denk aan een luchthaven en alle bijbehorende bedrijfsactiviteiten.
Een goede zakenman weet hoe hij geld kan verdienen.
als we blijven doorgaan alsof onze neus bloedt.
Hij is een man waarmee het moeilijk is zaken te doen.
George deed op dezelfde manier zaken als zijn vader.
Te veel kaderleden geven tegenwoordig geld uit dat ze niet verdiend hebben, om dingen te kopen die ze niet nodig hebben, om indruk te maken op mensen die ze niet eens graag zien.
Stel je een grote stad voor. Misschien zijn in deze stad winkels, kroegen, disco's, bioscopen en zo voort tot laat in de nacht geopend. Op de straten en pleinen in het stadscentrum gaat het ook ‘s nachts nog vrolijk toe. Je kunt wat ondernemen, wat meemaken.