Examples of using "Habrá" in a sentence and their dutch translations:
- Er komen opklaringen.
- Het zal opklaren.
Er zullen er drie zijn.
Er zal bloed vloeien.
Morgen gaat het sneeuwen.
Zal er taart zijn?
Er komen nog andere kansen.
Zal er niemand zijn?
Morgen komt er een maansverduistering.
Situaties worden extremer:
Morgen komt er een maansverduistering.
Bij de parade zullen veel luidsprekers zijn.
Hij zal inmiddels aangekomen zijn in Osaka.
Ik vermoed dat hij naar huis is.
Ik vraag me af waar Tom Frans leerde.
Ik vraag me af wat er van hem is geworden.
In Tokio zal het deze zomer weer tot een watertekort komen.
Het is een strikvraag. Er is geen riolering.
maar er zullen ook wonderen en reddingen zijn.
Ze leidt uiteindelijk naar mensen. Laten we in de buurt blijven.
Ik vraag mij af wat er met Paul gebeurd is.
Tegen de tijd dat je terug bent, zal zij weg zijn.
Er is koffie en cake om vijf uur.
Ik moet deze opdoen. Ik zal een hoop losse stenen tegenkomen.
Een oase betekent water, en er zijn daar altijd beestjes.
er zullen dan stortbuien zijn wanneer het water niet nodig is
Ik vraag me af wat hem van gedachte heeft doen veranderen.
En vermoedelijk zullen er werelden zijn waarop het leven niet opstart.
Er zal geen betere mensheid zijn als er geen culturele transformatie is.
"Wat gebeurt er in de grot? Ik ben nieuwsgierig." "Ik heb geen idee."
Ik weet niet wie het woordenboek heeft uitgevonden. Was het een Sumeriër? Was het een Chinees? Maar een ding weet ik wel: het woordenboek is een geweldige uitvinding.
Ik vraag me af waar hij zich verstopt.
Er zijn altijd dingen die ik nooit zal leren, ik heb de eeuwigheid niet voor de boeg.
In Tokio zal het deze zomer weer tot een watertekort komen.
Zolang er leven is, is er hoop.
Zolang er leven is, is er hoop.
Zolang er leven is, is er hoop.
"Wat gebeurt er in de grot? Ik ben nieuwsgierig." "Ik heb geen idee."
"Wat gebeurt er in de grot? Ik ben nieuwsgierig." "Ik heb geen idee."
Hoe zinnig uw uitspraken ook zijn, altijd zal er iemand zijn die u tegenspreekt.
"Wat gebeurt er in de grot? Ik ben nieuwsgierig." "Ik heb geen idee."