Examples of using "Enamoró" in a sentence and their dutch translations:
Peter werd verliefd op het meisje.
Hij werd verliefd op het meisje.
Hij is verliefd op haar.
Peter werd verliefd op het meisje.
Hij werd verliefd op zijn beste vriendin.
Peter werd verliefd op het meisje.
Zij werd verliefd op haar beste vriend.
Voor hem was het liefde op het eerste gezicht.
Hij werd hopeloos verliefd op haar.
- De prinses werd onmiddellijk op de prins verliefd.
- De prinses werd meteen verliefd op de prins.
- De prinses werd op slag verliefd op de prins.
Ze werd verliefd op de broer van haar vriendin.
Ze werd verliefd op één van haar leerlingen.
Ze werd verliefd op de zus van haar vriendin.
De prins werd verliefd op de dochter van een houthakker.