Examples of using "починил" in a sentence and their dutch translations:
Hij repareerde het net.
Tom heeft het hek gerepareerd.
Hij repareerde de kapotte tafel.
Ik heb de fiets gisteren gerepareerd.
Tom repareerde zijn klok.
Tom repareerde de kapotte klok.
Mijn vader repareerde mijn oude horloge.
Mijn fiets is gisteren hersteld.
Waarom laat ge uw moto niet herstellen?
Dat zijn de mensen van wie ik de auto heb hersteld.