Examples of using "злая" in a sentence and their dutch translations:
Ze is een slechte heks.
Pas op de hond!
Je bent gemeen.
Pas op, de hond bijt!
- Pas op de hond!
- Opgepast voor de hond!
Pas op, de hond bijt!
Je bent gemeen.
Ik ben kwaad omdat iemand mijn fiets gestolen heeft.
Waarom ben je altijd zo geïrriteerd?
Weet jij waarom ze zo boos is?
- Ik ben kwaad omdat iemand mijn fiets gestolen heeft.
- Ik ben boos omdat iemand mijn fiets heeft gestolen.