Examples of using "библиотеку" in a sentence and their dutch translations:
Hij is naar de bibliotheek gegaan.
Ik heb het boek teruggebracht naar de bibliotheek.
Hij is naar de bibliotheek gegaan.
Af en toe ga ik naar de bibliotheek.
Ze bracht het boek terug naar de bibliotheek.
Ze bracht een geleend boek terug naar de bibliotheek.
Af en toe ga ik naar de bibliotheek.
Hij rijdt dikwijls naar de bibliotheek.
Ik heb het boek teruggebracht naar de bibliotheek.
Hij gaat naar de bibliotheek om boeken te lezen.
Ik moet dit boek naar de bibliotheek terugbrengen.
Elke student heeft toegang tot de bibliotheek.
Morgen breng ik de boeken naar de bibliotheek.
De nieuwe bibliotheek is in aanbouw sinds vorig jaar.
Ik moet dit boek vandaag terugbrengen naar de bibliotheek.
Hij gaat naar de bibliotheek om boeken te lezen.
Af en toe ga ik naar de bibliotheek.
Ik moet deze boeken terugbrengen naar de bibliotheek.
Ik moet dit boek vandaag terugbrengen naar de bibliotheek.
Iedere woensdag zijn wij al in de bibliotheek om te lezen.
- Ik ga naar de bibliotheek ten minste een keer per week.
- Ik ga minstens één keer per week naar de bibliotheek.
- Ik ga naar de bibliotheek ten minste een keer per week.
- Ik ga minstens één keer per week naar de bibliotheek.
Ik was in de bibliotheek.