Translation of "ангел" in Dutch

0.011 sec.

Examples of using "ангел" in a sentence and their dutch translations:

- Ты - ангел!
- Ты ангел.
- Вы ангел.

Je bent een engel!

- Ты ангел.
- Вы ангел.

Je bent een engel!

- Спасибо, ты - ангел.
- Спасибо, ты ангел.

Dank je. Je bent een engel.

- Ангела не ангел.
- Анджела не ангел.

Angela is geen engel.

Она ангел.

Ze is een engel.

Том - ангел.

Tom is een engel.

Ты - ангел!

Je bent een engel!

Ты ангел.

- Je bent een engel!
- Je bent een engel.

Ты мой ангел.

Je bent mijn engel.

Том не ангел.

Tom is geen engel.

Спасибо, ты ангел.

Dank je. Je bent een engel.

Я не ангел.

Ik ben geen engel.

Анджела не ангел.

Angela is geen engel.

Спящий ребёнок - как ангел.

Een slapend kind lijkt op een engel.

Она поёт как ангел.

Ze zingt als een engel.

Он говорит, как ангел.

Hij spreekt op een engelachtige manier.

Я люблю тебя, мой ангел.

- Ik hou van jou, schatje.
- Ik hou van je, mijn engel.

Чёрный ангел раскрыл свои тёмные, как ночь, крылья и взмыл в небо.

De zwarte engel spreidde zijn gitzwarte vleugels wijd uit en vloog naar de hemel.