Examples of using "Boi" in a sentence and their dutch translations:
Tom is bang.
- Het meisje heeft schrik van honden.
- Het meisje is bang voor honden.
Waar is Tom bang voor?
- Hij is bang voor de zee.
- Hij is bang van de zee.
Hij heeft schrik van de grootvader.
Ze is bang voor katten.
Het meisje heeft schrik van honden.
Maria is bang voor muizen.
- Tom is bang van spinnen.
- Tom is bang voor spinnen.
Zij heeft heel veel schrik van honden.
Hij is bang fouten te maken.
Zij is nergens bang voor.
Het meisje heeft schrik van honden.
Ze is nergens bang voor.
Waarom? Omdat het allemaal komt van een klein aantal schepen en boeien.
en er zijn wereldwijd minder dan 200 boeien op zee.