Examples of using "Sollevato" in a sentence and their dutch translations:
Tom voelde zich opgelucht.
Hij zei dat hij opgelucht was.
- Tom ziet er opgelucht uit.
- Tom lijkt opgelucht.
- Tom zag er opgelucht uit.
- Tom leek opgelucht.
Ik voel mij opgelucht.
- Je ziet er opgelucht uit.
- U ziet er opgelucht uit.
- Jullie zien er opgelucht uit.
- Je lijkt opgelucht.
- U lijkt opgelucht.
- Jullie lijken opgelucht.
Ik voel mij opgelucht.
Ik was opgelucht dat ze nog leefde.
insubordinatie: hij werd ontheven van zijn bevel en keerde terug naar Frankrijk.
Zijn woorden gaven aanleiding tot twijfel.