Examples of using "Sms" in a sentence and their dutch translations:
- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.
Tom stuurde me een grappige SMS.
- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.
- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.
Zelfs mijn oma kan een sms'je versturen.
Ik kan me niet herinneren dat ik die sms gestuurd heb.
Tom stuurde me een grappige SMS.