Examples of using "Fantastisch" in a sentence and their dutch translations:
- Fantastisch!
- Geweldig!
- Fantastisch!
- Geweldig!
- Dat is geweldig!
- Wonderbaarlijk!
- Prima!
- Prachtig.
Het was ongelofelijk om te zien hoe ze opgroeide
Je bent geweldig!
- Fantastisch!
- Geweldig!
- Dat is geweldig!
- Briljant!
- Wonderbaarlijk!
- Prima!
- Prachtig.
- Dat is prima!
- Fantastisch!
- Geweldig!
- Briljant!
Het was fantastisch.
- Je bent geweldig.
- Je bent fantastisch.
Je ziet er fantastisch uit.
- De speciale effecten zijn uitstekend.
- De speciale effecten zijn geweldig.
- Fantastisch!
- Geweldig!
- Uitstekend!
- Te gek!
- Tom is fantastisch.
- Tom is geweldig.
IJsland was fantastisch.
Dit restaurant is geweldig, maar helaas is er geen parkeerplaats in de buurt.