Examples of using "Contient" in a sentence and their dutch translations:
Wat zit erin?
- Wat zit erin?
- Wat bevat het?
Dit bier bevat 5% alcohol.
Dit glas bevat water.
Bier bevat hop.
Vlees bevat eiwitten.
Deze doos bevat appels.
Bevat het boter?
Zelfs chocolade bevat vitaminen.
Het getal 2010 bevat twee nullen.
Zeewater bevat zout.
En in elk zitten zo'n 40 calorieën.
Hoeveel calorieën zitten er in die sandwich?
De cactus bevat een hoop goede vloeistoffen.
Waarom heeft jouw essay zoveel grammaticale fouten?
Het woordenboek bevat ongeveer een half miljoen woorden.
In die zak zitten een aantal zich vertakkende buisjes.
Dit eten bevat veel knoflook en weinig zout.
Zit er vlees in dit eten?
Het woordenboek bevat ongeveer een half miljoen woorden.
De zin bevat geen grammatikale fouten.
Dit boek bevat leuke verhalen en anekdotes.
Het woordenboek bevat ongeveer een half miljoen woorden.
Bevat het boter?
De e-mail bevat maar één bijlage, dus er ontbreken er twee.
Een griepprik bevat antistoffen die het H1N1-virus bestrijden.
En er zitten veel koolhydraten en goede natuurlijke enzymen in, dat is goed.
Hun geschiedenissectie heeft honderden titels die alles omvatten, van de vroege mens en de prehistorie
Een etmaal duurt achtenzestigduizend vierhonderd seconden.
In dat boek staan veel mooie illustraties.
Bevat dit gerecht vlees?
De meeste tandpasta's bevatten fluoride.
Zeewater kun je niet drinken omdat het te zout is.
Het Franse alfabet bevat zesentwintig letters: a, b, c, d, e, f, g, h, i, j, k, l, m, n, o, p, q, r, s, t, u, v, w, x, y, z.