Examples of using "Oven" in a sentence and their dutch translations:
- Ik heb de deur opengedaan.
- Ik deed de deur open.
Doe de deur open alstublieft.
Sluit de deur alsjeblieft.
- Hij deed de deur open.
- Hij opende de deur.
Ik liet de deur open.
Hij sloot de deur.
Zij openen de deur.
Zou u alstublieft de deur dicht willen doen?
Ze sloeg de deur dicht.
Tom deed de keukendeur dicht.
- Doe de deur toe, a.u.b.
- Sluit de deur alsjeblieft.
- Doe de deur dicht alsjeblieft.
Wil je de deur opblazen met buskruit?