Translation of "Tokyo" in Dutch

- There is Tokyo.
- There's Tokyo.

Daar is Tokio.

It's Tokyo.

Het is Tokio.

- I'm from Tokyo.
- I am from Tokyo.

Ik kom uit Tokio.

- He is in Tokyo.
- He's in Tokyo.

Hij is in Tokio.

I'm from Tokyo.

Ik kom uit Tokio.

- I'm from Tokyo, Japan.
- I am from Tokyo, Japan.

Ik kom uit Tokio, Japan.

- Tokyo is bigger than Yokohama.
- Tokyo is larger than Yokohama.

Tokyo is groter dan Yokohama.

- Tokyo is the capital of Japan.
- Tokyo is Japan's capital.

Tokio is de hoofdstad van Japan

Smog hung over Tokyo.

Smog hing over Tokio.

He lives in Tokyo.

Hij woont in Tokio.

He moved to Tokyo.

- Hij verhuisde naar Tokyo.
- Hij is naar Tokyo verhuisd.

I live in Tokyo.

Ik woon in Tokio.

I'm from Tokyo, Japan.

Ik kom uit Tokio, Japan.

- I am going to Tokyo tomorrow.
- I'm going to Tokyo tomorrow.

Ik ga naar Tokio morgen.

- Tokyo is a very big city.
- Tokyo is a huge city.

Tokio is een zeer grote stad.

- In comparison with Tokyo, London is small.
- Compared to Tokyo, London is small.
- London is small compared to Tokyo.

Londen is klein vergeleken met Tokio.

- Nagoya lies between Tokyo and Osaka.
- Nagoya is between Tokyo and Osaka.

Nagoya ligt tussen Tokio en Osaka.

My brother lives in Tokyo.

Mijn broer woont in Tokio.

I'm working in Tokyo now.

Momenteel werk ik in Tokio.

He came from Tokyo yesterday.

Hij kwam gisteren uit Tokyo.

Tokyo is a big city.

Tokio is een grote stad.

He left Tokyo for Kyoto.

Hij verliet Tokio en trok naar Kioto.

He went to Tokyo yesterday.

Hij is gister naar Tokio gegaan.

I am in Tokyo today.

Ik ben vandaag in Tokyo.

I arrived in Tokyo yesterday.

Ik ben gisteren in Tokio aangekomen.

I was in Tokyo yesterday.

Ik was in Tokio gisteren.

He graduated from Tokyo University.

Hij haalde zijn diploma aan de universiteit van Tokio.

Translated, "Tokyo" means "eastern capital."

Vertaald, betekent "Tokio" "oostelijke hoofdstad".

He is living in Tokyo.

Hij woont in Tokio.

The jet landed at Tokyo.

Het straalvliegtuig landde in Tokio.

Yesterday I arrived in Tokyo.

Ik ben gisteren in Tokio aangekomen.

Tokyo is bigger than Rome.

Tokio is groter dan Rome.

I am from Tokyo, Japan.

Ik kom uit Tokio, Japan.

He's always lived in Tokyo.

Hij heeft altijd in Tokio gewoond.

- In comparison with Tokyo, London is small.
- Compared to Tokyo, London is small.

Vergeleken met Tokio is Londen klein.

- I am going to go to Tokyo tomorrow.
- I will go to Tokyo tomorrow.

Ik ga morgen naar Tokio.

Have you ever seen Tokyo Tower?

- Hebt ge de Toren van Tokio al gezien?
- Heb je de Toren van Tokio wel eens gezien?

He's always been living in Tokyo.

Hij heeft altijd in Tokio gewoond.

He leaves for Tokyo at ten.

Om tien uur vertrekt hij naar Tokyo.

Tokyo Station is the third stop.

Tokio station is de derde halte.

I travel to Tokyo every day.

Ik rijd iedere dag naar Tokio.

He called me up from Tokyo.

Hij belde me vanuit Tokyo.

She called me up from Tokyo.

Ze belde me op vanuit Tokyo.

Our new headquarters are in Tokyo.

Ons nieuw hoofdkwartier is in Tokio.

But now I live in Tokyo.

Maar nu woon ik in Tokio.

You live in Tokyo, don't you?

Ge woont in Tokio, nietwaar?

I drive to Tokyo every day.

Ik rijd iedere dag naar Tokio.

I want to go to Tokyo.

Ik wil naar Tokio gaan.

Tokyo is the capital of Japan.

Tokio is de hoofdstad van Japan