Examples of using "Basque" in a sentence and their dutch translations:
Ik leer Baskisch.
Ik leer Baskisch.
Ik hou van het Baskisch.
Ik leer Baskisch.
Ik spreek Baskisch.
Ik leer Baskisch.
Ik leer Baskisch.
- Spreek je Baskisch?
- Spreekt u Baskisch?
- Spreken jullie Baskisch?
Spanje wordt "Espainia" genoemd in het Baskisch.
Bilbao is een stad in Baskenland.
Vandaag hebben we veel nieuwe vertalingen in het Galicisch en Baskisch.
...oorspronkelijk uit Baskenland. Mijn moeder kwam uit Colonia...
Vandaag hebben we veel nieuwe vertalingen in het Galicisch en Baskisch.
Het Hongaars wordt, hoewel gesproken in Europa, niet beschouwd als een Indo-Europese taal, net als het Fins en het Baskisch.