Translation of "Mooi" in Turkish

0.081 sec.

Examples of using "Mooi" in a sentence and their turkish translations:

Mooi.

Tamam.

Mooi!

Güzel

- Ge zijt mooi.
- Jij bent mooi.
- Jullie zijn mooi.
- Je bent mooi.

Sen güzelsin.

- Jij bent mooi.
- Jullie zijn mooi.
- Je bent mooi.

Sen güzelsin.

Wat mooi!

Ne kadar güzel!

Mooi begin.

Güzel başlangıç.

Mooi hè?

O güzel, değil mi?

Mooi kostuum.

Güzel kostüm.

- Deze bril is mooi.
- Deze brillen zijn mooi.

Bu gözlükler güzel.

- Het is mooi weer.
- Het weer is mooi.

- Hava güzeldir.
- Hava güzel.

Zij is mooi.

O güzeldir.

Ik ben mooi.

Ben güzelim.

Laurie is mooi.

Laurie güzeldir.

Die zijn mooi.

Onlar güzel.

Maria is mooi.

Mary güzel.

Vrouwen zijn mooi.

Kadınlar güzeldir.

Het is mooi.

Bu güzel.

- Mooi zo!
- Bravo!

- Aferin!
- İyi iş çıkardın!

Mooi weer, nietwaar?

Güzel hava, değil mi?

Tom zingt mooi.

Tom güzel şarkı söyler.

Sterren zijn mooi.

Yıldızlar güzeldir.

Vlinders zijn mooi.

Kelebekler sevimlidir.

- Je hebt een mooi huis.
- U heeft een mooi huis.
- Jullie hebben een mooi huis.

Güzel bir evin var.

- Jouw jas is heel mooi.
- Je mantel is heel mooi.

Ceketin çok güzel.

- Geen van beide is mooi.
- Geen van beiden is mooi.

Hiçbiri güzel değil.

- Het is mooi weer vandaag.
- Vandaag is het mooi weer.

- Bugün hava güzel.
- Hava bugün güzel.

- Deze vlag is heel mooi.
- Deze vlag is erg mooi.

Bu bayrak çok güzel.

Tom vond Mary mooi.

Tom Mary'nin güzel olduğunu düşündü.

Wat een mooi uitzicht!

Ne güzel bir manzara.

Roze rozen zijn mooi.

Pembe güller güzeldir.

Mijn moeder is mooi.

Annem güzeldir.

Wat een mooi kleed!

Güzel elbise.

Het is mooi weer.

Hava çok güzel.

De vrouw is mooi.

Kadın güzeldir.

Wat ben je mooi!

Ne kadar güzelsin!

Je bent heel mooi.

Sen çok güzelsin

Dat kasteel is mooi.

O kale güzel.

Dat is zo mooi.

Bu çok güzel.

Die bloemen zijn mooi.

O çiçekler güzel.

Deze bloem is mooi.

Bu çiçek güzel.

Jouw schilderijen zijn mooi.

Resimlerin güzel.

Het leven is mooi.

- Hayat güzeldir.
- Hayat harika.

Het kasteel is mooi.

Kale güzeldir.

Zij is zeer mooi.

O çok güzel.

Wat een mooi weer!

Ne güzel bir hava!

Dit kasteel is mooi.

Bu kale güzeldir.

Alle vrouwen zijn mooi.

- Tüm kadınlar güzeldir.
- Bütün kadınlar güzeldir.

Het meisje is mooi.

Kız güzel.

Uw dochters zijn mooi.

Kızlarınız güzel.

Ik ben niet mooi.

Ben güzel değilim.

De bloem is mooi.

Çiçek güzel.

Wat een mooi huis!

Ne güzel bir ev!

Het is zo mooi.

Çok güzel.

Jouw vingers zijn mooi.

- Parmakların güzel.
- Parmaklarınız güzel.

Was dat niet mooi?

O güzel değil miydi?

Het huis is mooi.

Ev güzel.

Praag is erg mooi.

Prag çok güzeldir.

De hond is mooi.

Köpek güzel.

Het jodendom is mooi.

Yahudilik güzeldir.

- Hij is heel mooi.
- Het is heel mooi.
- Het is prachtig.

O çok güzel.

- Je hebt zo een mooi huis.
- Je hebt zo’n mooi huis.

Böylesine güzel bir evin var.

- Zij is zeer mooi.
- Ze is erg knap.
- Hij is heel mooi.
- Het is heel mooi.
- Het is prachtig.

O çok güzel.

- Tom kocht Mary een mooi cadeau.
- Tom kocht Mary een mooi cadeautje.

Tom Mary'ye güzel bir hediye aldı.

- Het is mooi weer.
- Het weer is mooi.
- Het weer is prachtig.

Hava güzel.

- Zij is zeer mooi.
- Ze is erg knap.
- Ze is heel mooi.

O çok güzel.

Het leven is zo mooi,

Hayat çok güzel

Hopelijk is het eiland mooi.

Umarım, ada güzeldir.

Turkije is een mooi land.

Türkiye güzel bir ülkedir.

Vandaag is het mooi weer.

- Bugün hava güzel.
- Hava bugün güzel.
- Bugün hava güzeldir.

Die roos is heel mooi.

Bu gül çok güzel.

Ze is lang en mooi.

O uzun boylu ve güzel.

Ze is jong en mooi.

O genç ve güzeldir.

Wat ben je mooi vandaag!

Bugün çok güzelsin.

Dat is een mooi pak.

O güzel bir takım elbise.

Jouw dochter is zeer mooi.

Kızın çok hoş.