Translation of "Verloren" in English

0.010 sec.

Examples of using "Verloren" in a sentence and their english translations:

Ze verloren.

They lost.

Verloren jullie?

Did you lose?

- Ze hebben alles verloren.
- Zij hebben alles verloren.

They lost everything.

- Je bent verloren gelopen, niet?
- U bent verloren gelopen, niet?
- Jullie zijn verloren gelopen, niet?
- Je bent verloren gereden, niet?
- U bent verloren gereden, niet?
- Jullie zijn verloren gereden, niet?

- You are lost, aren't you?
- You're lost, aren't you?

Ik heb verloren.

I've lost.

Alles was verloren.

Everything was lost.

Tom heeft verloren.

Tom lost.

We hebben verloren.

We lost.

Ik ben verloren.

I'm lost.

Ze verloren veel.

They have lost a lot.

Heeft ze verloren?

- Did she lose?
- Did he lose?

- Ik ben het horloge verloren.
- Ik heb het horloge verloren.
- Ik heb het polshorloge verloren.

I lost the watch.

- Je bent verloren gelopen, niet?
- U bent verloren gelopen, niet?
- Jullie zijn verloren gelopen, niet?

- You are lost, aren't you?
- You're lost, aren't you?

- Ik ben mijn regenscherm verloren.
- Ik ben mijn paraplu verloren.

- I have lost my umbrella.
- I lost my umbrella.
- I've lost my umbrella.

- Ik ben het horloge verloren.
- Ik heb het horloge verloren.

I lost the watch.

- Maria heeft haar paraplu verloren.
- Maria is haar paraplu verloren.

Marie has lost her umbrella.

- Ik heb mijn portemonnee verloren.
- Ik heb mijn portefeuille verloren.

- I have lost my wallet.
- I've lost my wallet.

- U heeft het spel verloren.
- Zij hebben het spel verloren.

You are the losers of the game.

- Ze hebben elk gevecht verloren.
- Ze hebben elke strijd verloren.

They lost every battle.

- Ze is de autosleutels verloren.
- Ze heeft de autosleutels verloren.

She's lost her car keys.

En een verloren vriend.

and a fallen friend.

Ons team heeft verloren.

Our team lost.

Je hebt verloren, toch?

You lost, didn't you?

Heeft u gewicht verloren?

- Have you lost weight?
- Did you lose weight?

Heb je iets verloren?

Did you lose something?

Ik voel me verloren.

I feel lost.

We verloren het spel.

We lost the game.

Uitgesteld is niet verloren.

Postponed is not abandoned.

Tom heeft alles verloren.

Tom lost everything.

Ze hebben het verloren.

They lost it.

Zij verloren hun bezit.

They lost their property.

De strijd leek verloren.

- The battle seemed lost.
- The battle seemed to be lost.

Ze hebben veel verloren.

They missed a lot.

Zoek de verloren sleutel.

Look for the lost key.

Ze hebben alles verloren.

- They lost everything.
- They've lost everything.
- They have lost everything.

Wij zijn niet verloren.

We're not lost.

- Ik heb je e-mailadres verloren.
- Ik ben je e-mailadres verloren.

I lost your mail address.

Heeft het Westen alles verloren?

Has the West lost everything?

Ze is de autosleutels verloren.

- She's lost her car key.
- She's lost her car keys.

Ze heeft haar handtas verloren.

She lost her handbag.

Hij heeft zijn baan verloren.

- He has lost his job.
- He lost his job.

Hij heeft alle hoop verloren.

He lost all his hopes.

We hebben veel tijd verloren.

We wasted a lot of time.

Ik heb mijn sleutels verloren.

- I've lost my keys.
- I lost my keys.
- I have lost my keys.

Hij heeft zijn basisplaats verloren.

- He lost his regular place in the team.
- He has lost his regular place in the team.

Ben je je tong verloren?

- Cat got your tongue?
- Did the cat get your tongue?
- Has the cat got your tongue?
- The cat got your tongue?

Hij heeft zijn bioscoopkaartje verloren.

He lost his cinema ticket.

Hij heeft zijn hond verloren.

He lost his dog.

Ik ben het polsuurwerk verloren.

I lost the watch.

Ik ben mijn regenscherm verloren.

- I have lost my umbrella.
- I lost my umbrella.

Hij heeft zijn gezichtsvermogen verloren.

- He lost his eyesight.
- He lost his sight.

Ik ben mijn geduld verloren.

I lost my patience.

Ik heb mijn portemonnee verloren.

- I have lost my wallet.
- I lost my wallet.
- I've lost my wallet.

Ze hebben hun paraplu's verloren.

They've lost their umbrellas.

Maria is haar paraplu verloren.

Marie has lost her umbrella.

Ik ben mijn paraplu verloren.

- I have lost my umbrella.
- I lost my umbrella.

Ik heb mijn portefeuille verloren.

I lost my wallet.

Ik ben mijn punten verloren.

I lost my points.