Examples of using "اشتريت" in a sentence and their dutch translations:
- Wat heb je gekocht?
- Wat heeft u gekocht?
- Wat hebben jullie gekocht?
Ik heb een horloge gekocht.
- Ik heb die auto gekocht.
- Ik kocht die auto.
Ik heb een boek over dieren gekocht.
- Heb je het op de zwarte markt gekocht?
- Heeft u het op de zwarte markt gekocht?
- Hebben jullie het op de zwarte markt gekocht?
Ik kocht een klok voor haar.