Examples of using "Sorunun" in a sentence and their dutch translations:
Wat is er mis met jullie?
Het is jouw probleem.
- Wat is er mis met je?
- Wat is er mis met u?
- Wat is er mis met jullie?
- Wat mankeert jou?
- Wat is jouw probleem?
Jouw probleem lijkt op dat van mij.
- Dat is nu juist het probleem.
- Dat is waar het probleem ligt.
Heb je een probleem?
Wat is volgens jou de oplossing voor het probleem?
Wat is jouw probleem?
Ik begrijp het doel van uw vraag niet.
Tom besefte het probleem.
Uiteindelijk heb ik het antwoord gevonden op de vraag.
Ik denk dat je een probleem hebt, Tom.
Ik zal je vertellen wat het probleem is.
- Ik zie echt niet wat het probleem is.
- Ik zie echt niet waar het probleem ligt.
- Ik begrijp echt niet wat het probleem is.
- Ik begrijp echt niet waar het probleem ligt.
Ik denk dat ik weet wat het probleem is.
Deze vraag heeft aandacht nodig.
Het oplossen van je probleem zou prioriteit moeten hebben.
Heb je een probleem met mij?
- Ik kan niet antwoorden op die vraag.
- Op die vraag kan ik niet antwoorden.
Heb je daar een probleem mee?
Heb je hier een probleem mee?
Antwoord op de vraag alstublieft.
Weet je wat jouw probleem is?
Ik begrijp de bedoeling van de vraag niet.
Hier is drinkgeld voor uw moeite.
- U heeft drie problemen.
- Jullie hebben drie problemen.
- Je hebt drie problemen.
Er zijn veel mogelijke antwoorden op deze vraag.
Heb je problemen daarmee?
Hadt ge mijn raad gevolgd, dan zoudt ge niet zo in de problemen geraakt zijn.
De kanarie in de kolenmijn is in dit geval de universiteitscampus.
Er is geen antwoord op jouw vraag.
Als je geen zonnebrandcrème op wilt doen, is dat jouw probleem. Maar kom dan niet klagen als je bent verbrand.