Examples of using "Marrones" in a sentence and their dutch translations:
Hij heeft bruine ogen.
Mijn schoenen zijn bruin.
Zijn schoenen zijn bruin.
Hij heeft bruine ogen.
die zich verdiepten tot bruin- en paarstinten.
Agnès keek naar de bruine boten.
Ik zag de jongen met bruine schoenen.
Zijn schoenen zijn bruin.
De bladeren van de bomen worden bruin in de herfst.
Ik wil bruine schoenen, geen zwarte.