Examples of using "продолжала" in a sentence and their dutch translations:
Ze bleef praten.
Ze bleef werken.
Ze bleef huilen.
Ze ging door met werken.
Ze bleef snikken zonder op te kijken.
Ze praatte maar door.
Ze bleef snikken zonder op te kijken.
De kat bleef miauwen.
Ik bleef maar doorgaan en zodoende realiseerde ik me