Translation of "навещаю" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "навещаю" in a sentence and their dutch translations:

Я иногда его навещаю.

Ik bezoek hem soms.

Я навещаю его через день.

Ik bezoek hem om de twee dagen.

Я навещаю свою бабушку в больнице.

Ik bezoek mijn grootmoeder in het ziekenhuis.

Я навещаю свою бабушку дважды в неделю.

Ik bezoek mijn grootmoeder twee keer per week.

- Я часто его навещаю.
- Я часто его посещаю.

Ik ga vaak bij hem op bezoek.