Translation of "Umarł" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Umarł" in a sentence and their dutch translations:

Tom umarł.

- Tom is gestorven.
- Tom is overleden.

Ktoś umarł.

- Er is iemand gestorven.
- Iemand is overleden.

Malarz umarł młodo.

- De schilder is jong gestorven.
- De schilder is jong overleden.

Umarł na raka.

Hij is gestorven aan kanker.

Nikt nie umarł.

- Niemand stierf.
- Niemand is gestorven.

Tom nie umarł.

- Tom is niet dood.
- Tom is niet gestorven.

Czy Tom umarł?

Is Tom doodgegaan?

- Mężczyzna umarł na raka.
- Ten mężczyzna umarł na raka.

De man stierf aan kanker.

Mężczyzna umarł na raka.

De man stierf aan kanker.

Lincoln umarł w 1865.

- Lincoln stierf in 1865.
- Lincoln is in 1865 overleden.

- Kto umarł?
- Kto zmarł?

- Wie is dood?
- Wie is gestorven?
- Wie is overleden?
- Wie is er doodgegaan?
- Wie is er overleden?

- On umarł.
- On zmarł.

Zij is gestorven.

- Ktoś umarł.
- Ktoś zmarł.

- Er is iemand gestorven.
- Iemand is overleden.

- Tom umarł.
- Tom zmarł.

Tom is overleden.

Narkoman umarł z przedawkowania.

De junkie stierf van een overdosis.

On umarł parę godzin później.

Hij stierf enkele uren later.

Tom umarł na zapalenie płuc.

Tom stierf aan een longontsteking.

Lincoln umarł w roku 1865.

Lincoln is in 1865 overleden.

Kobieta, której umarł mąż jest wdową.

Een vrouw wier echtgenote is overleden is een weduwe.

Kto zaopiekowałby się moimi dziećmi, jeślibym umarł.

Als ik zou overlijden, wie zou er dan voor mijn kinderen zorgen?

Jej ojciec umarł, gdy miała trzy lata.

Haar vader is gestorven toen zij drie jaar was.

Mówi się, że jego ojciec umarł za granicą.

Naar men zegt, zou zijn vader in het buitenland overleden zijn.

- Zmarł trzy lata temu.
- Umarł trzy lata temu.

Hij is drie jaar geleden overleden.

- Zmarła w wieku siedemdziesięciu lat.
- Umarł w wieku 70 lat.

- Hij is gestorven op de leeftijd van 70 jaar.
- Hij is gestorven op 70 jaar.
- Hij is gestorven toen hij zeventig was.

- Jej ojciec odszedł w zeszłym tygodniu.
- Jej ojciec umarł w zeszłym tygodniu.

Haar vader is vorige week overleden.