Examples of using "Invitate" in a sentence and their dutch translations:
Jullie zijn niet uitgenodigd.
We hebben hen voor het diner uitgenodigd.
Oom Bob nodigde ons uit voor het avondeten.
Tom nodigde ons uit voor de lunch.
Ik heb hen uitgenodigd voor het feest.
Jullie zijn niet uitgenodigd.
- Wie heeft je uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft u uitgenodigd voor het feest?
- Wie heeft jullie uitgenodigd voor het feest?