Translation of "Gehören" in Dutch

- Wem gehören diese Schreibgeräte?
- Wem gehören diese Stifte?

Tot wie behoren die pennen?

Welche gehören Taro?

Welke zijn die van Taro?

Wem gehören sie?

Van wie zijn ze?

Sie gehören mir.

Ze zijn van mij!

Die gehören Tom.

Deze zijn van Tom.

Diese Bücher gehören mir.

Die boeken zijn van mij.

Wem gehören diese Bücher?

Van wie zijn die boeken?

Wem gehören diese Stifte?

Tot wie behoren die pennen?

Diese Handschuhe gehören Tom.

Deze handschoenen zijn van Tom.

Diese Schuhe gehören Tom.

Die schoenen zijn van Tom.

Viele davon gehören mir.

Veel daarvan zijn van mij.

Die gehören alle mir.

Ze zijn allemaal van mij.

Zur Paella gehören oft Schnecken.

- Paella bevat vaak slakken.
- Paella bevat vaak karakollen.
- Paella bevat vaak wulken.

Wir gehören hier nicht her.

Wij horen hier niet.

Litschis gehören zu meinen Lieblingsfrüchten.

Lychees behoren tot mijn lievelingsfruit.

Diese Bücher gehören meiner Schwester.

Die boeken zijn van mijn zus.

Die gehören mir, glaube ich.

Die zijn van mij, geloof ik.

Spaghetti gehören zu meinen Spezialitäten.

Spaghetti is een van mijn specialiteiten.

Ein paar davon gehören mir.

Een paar van deze zijn van mij.

- Die gehören mir.
- Das sind meine.

Deze zijn van mij.

Die Socken hier gehören nicht zusammen.

Deze sokken passen niet bij elkaar.

- „Von wem sind diese Dokumente?“ — „Sie sind von Michael.“
- „Wem gehören diese Dokumente?“ — „Sie gehören Michael.“

"Van wie zijn die documenten?" - "Ze zijn van Michael."

Für viele Leute gehören Haustiere zur Familie.

Voor veel mensen zijn huisdieren deel van de familie.

Sie gehören einem der raffiniertesten Räuber der Nacht.

...van een van de ultieme nachtrovers.

- Die gehören zu mir.
- Sie sind bei mir.

- Ze horen bij mij.
- Ze zijn bij mij.

Einige europäische Länder gehören nicht zur Europäischen Union.

Sommige Europese landen behoren niet tot de Europese Unie.

- Wessen Bücher sind das?
- Wem gehören diese Bücher?

Van wie zijn die boeken?

- Diese Schuhe sind ihre.
- Diese Schuhe gehören ihr.

Deze schoenen zijn van haar.

Die Bücher hier gehören mir, die dort ihm.

Deze boeken zijn van mij en die boeken zijn van hem.

- Sonne, Mond und Sterne gehören alle zum Universum.
- Die Sonne, der Mond und die Sterne gehören alle zum Weltall.

De zon, de maan en de sterren behoren alle tot het universum.

Und zweitens, dass wir in Wirklichkeit zum Meer gehören.

en ten tweede in werkelijkheid tot de zee behoren.

„Von wem sind diese Magazine?“ — „Die gehören dem Arzt.“

"Van wie zijn deze tijdschriften?" "Ze zijn van de dokter."

Biometrische Pässe gehören zu den sichersten Dokumenten der Welt.

Biometrische paspoorten behoren tot de veiligste documenten ter wereld.

- Sie sind ein Teil von uns.
- Sie gehören zu uns.

Ze zijn deel van ons.

- Diese Krawatten gehören mir nicht.
- Das sind nicht meine Schlipse.

- Deze dassen zijn niet van mij.
- Deze stropdassen zijn niet van mij.

Die Sonne, der Mond und die Sterne gehören alle zum Weltall.

De zon, de maan en de sterren behoren alle tot het universum.

Ihm gehören vier große Bauernhöfe im Inneren des Staates São Paulo.

Hij is de eigenaar van vier heel grote boerderijen in het binnenland van Sao Paulo.

- „Von wem sind diese Stiefel?“ — „Sie sind von Lidya.“
- „Wem gehören diese Stiefel?“ — „Sie gehören Lidya.“
- „Wessen Stiefel sind das?“ — „Das sind die von Lidya.“

"Van wie zijn deze laarzen?" "Ze zijn van Lidya."

- Wessen Bücher sind das?
- Wem gehören diese Bücher?
- Wessen Bücher sind dies?

- Van wie zijn die boeken?
- Van wie zijn deze boeken?

Der Hund hier und Fisch da gehören mir, aber der Vogel dort nicht.

Deze hond en die vis zijn van mij, maar die vogel daar niet.

Marmont war bitter enttäuscht, nicht zu den ersten Marschällen zu gehören, die 1804 gegründet wurden.

Marmont was bitter teleurgesteld dat hij niet tot de eerste Marshals behoorde die in 1804 waren opgericht.

- Diese Bücher sind alle meine.
- Alle diese Bücher gehören mir.
- Alle diese Bücher sind meine.

Al deze boeken zijn van mij.

Die samischen Sprachen gehören zu den europäischen Ursprachen und sind eng mit den ostseefinnischen Sprachen verwandt.

De Samische talen behoren tot de Europese oertalen en zijn nauw verwant aan de Baltisch-Finse talen.

Das Ägyptische bildet einen eigenständigen Zweig der afroasiatischen Sprachfamilie, zu der unter anderem auch das Arabische, Hebräische und die Berbersprachen gehören.

Egyptisch vormt een eigen tak van de Afro-Aziatisch taalfamilie, waartoe onder andere ook het Arabisch, Hebreeuws en de Berbertalen behoren.

- Das gehört mir.
- Das ist meine Angelegenheit.
- Das ist mein Zeugs.
- Die gehören mir.
- Diese sind von mir.
- Dieser gehört uns.

- Deze zijn van mij.
- Dat is van mij.

Wenn die Ergebnisse stimmen, dann brauchte das Universum zehn Milliarden Jahre, bis Planeten entstehen konnten. Nun ist die Erde 4½ Milliarden Jahre, das Universum 15 Milliarden Jahre alt. Somit würden wir zur ersten Generation von Planeten und auch zum ersten intelligenten Leben überhaupt gehören!

Als de resultaten kloppen, zou het universum tien miljard jaar nodig hebben om planeten te vormen. De aarde is nu 4½ miljard jaar oud en het universum 15 miljard jaar oud. We zouden dus tot de eerste generatie planeten en überhaupt tot het eerste intelligente leven behoren!