Examples of using "Antwortet" in a sentence and their dutch translations:
Niemand antwoordt.
Geef me antwoord.
Quintus antwoordt.
Tom antwoordt niet.
Waarom antwoordt niemand?
- Geef me antwoord.
- Geef antwoord.
- Antwoord me dit.
"4 pond en 90 pence", antwoordde Bob.
Geef Tom antwoord.
Antwoord in het Engels.
- Waarom geef je geen antwoord?
- Waarom geeft u geen antwoord?
- Waarom geven jullie geen antwoord?
- Waarom antwoord je niet?
- Waarom antwoordt u niet?
- Waarom antwoorden jullie niet?
Waarom antwoord je me niet?
"Je doet alleen maar alsof je slaapt, of niet, Tom?" "Nee hoor. Ik slaap." "Mensen die slapen antwoorden toch niet?"