Examples of using "C'était" in a sentence and their dutch translations:
Het was omslachtig.
Dat was onvermijdelijk.
Het was dringend.
Het was zielig.
Dat was hilarisch.
Het was op het nippertje.
Het was echt interessant.
Het was jouw fout.
Hij was een zware drinker.
Punt.
Dat scheelde weinig.
Het was pijnlijk.
Dat was hartverscheurend.
Dat was interessant.
- Hoe was het?
- Hoe is het gegaan?
Het was fascinerend.
Het was hypnotiserend.
Het was te voorkomen.
Het was perfect!
- Ze was geniaal.
- Hij was geniaal.
Dat was gemeen.
Dat was ontzettend mooi.
Dat was leuk.
- Het kwam goed uit.
- Het was handig.
Het was perfect.
Het was zwart.
Wanneer was dat?
Het was saai.
Het was verplicht.
Het viel tegen.
Het was dringend.
Dat was iets anders.
Het was vaag.
Dat was heerlijk!
Het was leeg.
Het was magisch.
Het was persoonlijk.
Dat was te begrijpen.
Het was wit.
Dat was nuttig.
Het was makkelijk.
Dat was een enge tijd.
Het was onvergeeflijk.
Het was zielig.
Dat kwam onverwacht.
Het was slechter.
Het was ironisch.
Het was hilarisch!
Dat ging snel!
Dat was onvermijdelijk.
Het was surrealistisch.
Was het leuk?
Het was heerlijk.
- Was het leuk?
- Was het gezellig?
Het was pizza.
Dit was mijn fout.
Gisteren was het mijn verjaardag.
Het was afgelopen week.
Hij was een arme muzikant.
- Het was een beetje macaber.
- Het was een beetje luguber.
Het was een slechte film.
Het was een echt mirakel.
Hij was een zware drinker.
Het was maar een kus.
Gisteren was het mijn verjaardag.
Het was een uitstekende wedstrijd.
Hij was een arme muzikant.
Dat was allemaal Chinees voor mij.
dat is ons territorium ...
dat was de doofpotaffaire:
Het was te onwerkelijk.
was om Arabisch te studeren.
Het was zeer populair.
Dat scheelde maar een haartje.
érg moeilijk dus.
Dat was lastig.
Het zag er echt vreemd uit.
Het was de nazi.
Zo veilig was ze.
Het was een fout.
dat was te simpel."