Examples of using "Parhaillaan" in a sentence and their dutch translations:
Ze schrijft nu een boek.
Ik vlieg over de Zwitserse Alpen.
Hij eet.
- Tom leest.
- Tom is aan het lezen.
Mijn vader is zich aan het scheren in de badkamer.
- Tom is een boek aan het lezen.
- Tom leest een boek.
- Hij is nu lunch aan het eten.
- Hij is nu aan het lunchen.
Tom kijkt tv.