Translation of "Geeft" in English

0.019 sec.

Examples of using "Geeft" in a sentence and their english translations:

Ze geeft les.

She teaches.

Maria geeft les.

Maria teaches.

Dat geeft niets.

- It's not important.
- Never mind.

Dat geeft niet!

- It doesn't matter.
- It doesn't matter!

Tom geeft erom.

Tom cares.

Tom geeft les.

Tom teaches.

Het geeft niet!

Doesn't matter.

Geeft u les?

Do you teach?

Maria geeft yogalessen.

Mary teaches yoga.

- Tom geeft Frans les.
- Tom geeft les in Frans.

Tom teaches French.

Tom geeft niet om mij. Hij geeft om jou.

Tom doesn't care about me. It's you he's interested in.

Vader geeft bloemen water.

Father is watering flowers.

Hij geeft les Engels.

He teaches English.

Koffie geeft je energie!

Coffee gives you energy!

Hij geeft zelden op.

He rarely gives up.

Het geeft de bezettoon.

- The number is engaged.
- The line is busy.

Jammer, niemand geeft erom.

Too bad nobody cares.

Sinaasappelsap geeft mij diarree.

Orange juice gives me diarrhea.

Hoop geeft geen brood.

Hope doesn't put food on the table.

Tom geeft Frans les.

Tom teaches French.

- Je geeft veel te gemakkelijk op.
- Je geeft veel te snel op.
- Je geeft veel te makkelijk op.

You give up much too easily.

- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeautjes.
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeaus.

He seldom gives his wife presents.

Tom geeft les in sportpsychologie.

Tom teaches sport psychology.

De koe geeft ons melk.

- Cows give us milk.
- The cow gives us milk.

Zij geeft altijd direct antwoord.

She always gives an instant answer.

Betty geeft de bloemen water.

Betty is watering the flowers.

Hij geeft niet om ijs.

He does not care for ice cream.

Tom geeft aan goede doelen.

Tom gives to charities.

Hij geeft handvaardigheidsles op school.

He teaches arts and crafts in a school.

Niemand geeft er iets om.

- No one cares.
- Nobody cares.
- No one is interested.
- Nobody is interested.
- Nobody's interested.
- No one's interested.

Je geeft te gemakkelijk op.

You give up too easily.

Zij geeft ons de schuld.

She blames us.

Geweldig. Niemand geeft me iets.

That's great. Nobody gives me anything.

Een koe geeft ons melk.

A cow gives us milk.

- Hij geeft les.
- Hij doceert.

He teaches.

Tom geeft het gazon water.

Tom is watering the lawn.

Geeft Tom nog steeds Frans?

Does Tom still teach French?

U geeft les, wij luisteren.

You teach, we listen.

Geeft u ons drie minuten.

Give us three minutes.

- Tom geeft over.
- Tom kotst.

- Tom is throwing up.
- Tom's vomiting.
- Tom is being sick.
- Tom's chundering.
- Tom is puking.
- Tom is chucking up.
- Tom's doing a technicolour yawn.
- Tom's yawning in technicolour.

Geeft u uw kind borstvoeding?

Are you breastfeeding your child?

- Er kraait geen haan naar.
- Daar geeft niemand om.
- Niemand geeft er om.

- Nobody cares about that.
- No one cares about that.

geeft ons heel wat interessante mogelijkheden.

raises a lot of really interesting possibilities.

Dit ding geeft niet mee. Man.

Man, this thing doesn't want to budge. Oh, man!

Het geeft je een beetje houvast.

Just give me a little bit of traction.

Creatief Europa geeft 2,4 miljard dollar

Creative Europe will give 2.4 billion dollars

Kunst geeft betekenis aan het leven.

The arts brings meaning to life.

...geeft de nacht dieren bijzondere uitdagingen...

Night presents animals with extraordinary challenges

...geeft de nacht dieren uitzonderlijke uitdagingen...

night presents animals with extraordinary challenges...

Afbraak geeft kooldioxide in de atmosfeer,

See, decomposition releases carbon dioxide into the atmosphere,

Geeft u me iets te drinken.

Give me something to drink.

Hij geeft echt om zijn ouders.

He really cares for his parents.

- Macht is recht.
- Macht geeft recht.

Might is right.

Mijn horloge geeft de datum aan.

My watch tells the date.

Ze geeft haar fout niet toe.

She's not admitting her mistake.

Behalve Engels geeft hij ook wiskunde.

Apart from English, he also teaches math.

Tom geeft Franse les in Boston.

Tom teaches French in Boston.

Tom geeft ons wat we willen.

Tom gives us what we want.

Hij geeft vlees aan de hond.

He gives meat to the dog.

Hoeveel geeft hij uit per maand?

How much does he spend per month?

Onze koe geeft ons geen melk.

- Our cow doesn't give us any milk.
- Our cow does not give milk to us.

Tom geeft de voorkeur aan blondines.

Tom prefers blondes.