Examples of using "Kırıldı" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb een gebroken pols.
De stoel is stuk.
- De vloek is verbroken.
- De vloek werd verbroken.
- Mijn fles is gebroken.
- Mijn fles brak.
- Ik heb de moed verloren.
- Ik verloor de moed.
- De vleugel van de vogel was gebroken.
- De vogel had een gebroken vleugel.
Hij barstte in lachen uit.
De waterleidingen zijn kapotgegaan.
Mijn nagel is gebroken.
- Tom raakte ontmoedigd.
- Tom werd ontmoedigd.
Alle eieren in de doos waren gebroken.
- Onze buurvrouw heeft een rib gebroken.
- Onze buur heeft een rib gebroken.
- Onze buurman heeft een rib gebroken.
De ruit werd door iemand ingegooid.
Tien minuten geleden werd de ruit ingegooid.