Examples of using "Pálido" in a sentence and their dutch translations:
Hij ziet er bleek uit.
Je ziet er bleek uit.
Tom ziet er bleekjes uit.
- Ge ziet er bleek uit vandaag.
- Je ziet er bleek uit vandaag.
- Je ziet wat bleekjes vandaag.
Je ziet er erg bleek uit.
Je bent zo bleek als een spook.
- Tom verkleurde.
- Tom werd bleek.
- Ge ziet er bleek uit vandaag.
- Je ziet er bleek uit vandaag.
- Je ziet wat bleekjes vandaag.
- Ge ziet er heel bleek uit.
- Je ziet er erg bleek uit.
Toen hij het nieuws hoorde, werd hij bleek.
Het oeroude ijzer staat vast in mijn moeras van wonden, dat maakt me nu bleek, drager van