Examples of using "согласиться" in a sentence and their dutch translations:
Ik kan het niet met je eens zijn.
Ik ben geneigd het met ze eens te zijn.
Ik kan het niet met je eens zijn.
Ik kan het niet met je eens zijn.
Ik kan het niet met je eens zijn.
Ik begrijp het maar ik ben het er niet mee eens.
Ik kan het niet met je eens zijn.
Spijtig genoeg kan ik niet akkoord gaan met jou.
Ik kan het daarmee niet oneens zijn.
Ik kan niet akkoord gaan met uw voorstel.
Ik kan niet instemmen met dit plan.
Ik kan het niet oneens zijn met wat Tom zegt.