Examples of using "почистить" in a sentence and their dutch translations:
Ik moet mijn tanden poetsen.
Ik moet mijn tanden poetsen.
De badkuip moet worden schoongemaakt.
Ik moet mijn tanden poetsen.
Ik moet mijn tanden poetsen.
Ik moet mijn tanden poetsen.
Maria vroeg Tom om een sinaasappel te pellen.
Ik moet een hele emmer appels schillen voor de jam.