Translation of "напали" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "напали" in a sentence and their dutch translations:

На меня напали.

Ik ben aangevallen.

На нас напали!

We worden aangevallen!

На нас напали пираты!

We werden aangevallen door piraten!

На нас напали зомби.

We werden door zombies aangevallen.

- На меня напали.
- Я подвергся нападению.

- Ik werd aangevallen.
- Ik ben aangevallen.

- На нас напали зомби.
- Нас атаковали зомби.

- We werden door zombies aangevallen.
- We werden aangevallen door zombies.

- На Тома кто-то напал.
- На Тома напали.

- Iemand heeft Tom aangevallen.
- Iemand viel Tom aan.

- Почему вы на неё напали?
- Почему ты на неё напал?
- Почему ты на неё напала?

- Waarom viel je haar aan?
- Waarom vielen jullie haar aan?
- Waarom viel u haar aan?