Examples of using "Испания" in a sentence and their dutch translations:
Spanje is een ontwikkeld land.
Spanje is het land van de kastelen.
Spanje heeft Florida bestuurd.
Spanje is een toeristisch land.
Spanje wordt "España" genoemd in het Spaans.
Spanje wordt "España" genoemd in het Spaans.
Nederland en Spanje zijn allebei koninkrijken.