Translation of "Spadło" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Spadło" in a sentence and their dutch translations:

Skąd to spadło?

Waar komt die vandaan?

Spadło dużo śniegu.

Er is veel sneeuw gevallen.

Jabłko spadło z drzewa.

De appel viel van de boom.

O 88% spadło ryzyko potrącenia na chodniku,

is er 88% minder kans om op de stoep te worden neergemaaid,

O 89% spadło ryzyko śmierci w wyniku dopustu Bożego,

89% minder kans om te worden gedood door een daad van God,