Examples of using "Ohrfeige" in a sentence and their dutch translations:
Ze gaf hem een oorvijg.
Mary sloeg Tom.
Ze gaf haar vriend een oorveeg.
- Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik heb hem een oorvijg gegeven.
Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik gaf hem een oorvijg.
- Ik heb hem een oorvijg gegeven.
De jongedame gaf de man die haar in haar billen geknepen had een klap.