Examples of using "Morning" in a sentence and their dutch translations:
Goedemorgen!
Goedemorgen!
- Goedemorgen!
- Goedemorgen.
Goedemorgen!
Goedemorgen!
- Goeiemorgen allemaal.
- Goedemorgen iedereen.
Hallo! Goedemorgen!
Goedemorgen Tom.
- Hallo.
- Goedemorgen!
- Hoi.
- Dag.
- Goedemiddag.
- Goedendag!
- Goedemorgen!
- Goede morgen.
- Goedemorgen.
Goedemorgen!
Gisterochtend.
Hallo Tom. Goedemorgen.
- Goedemorgen lieverd.
- Goedemorgen schat.
- Hoi, schatje.
Wat een prachtige morgen!
Goedemorgen!
Goedemorgen.
- Kom morgenochtend.
- Kom morgenvroeg.
- Hallo, dokter!
- Goedemorgen, dokter!
Goedemorgen, Mike.
Goede morgen knapperd.
Goedemorgen prinses.
Goedemorgen dames.
Goedemorgen schat.
Hallo! Goedemorgen!
Wij zijn ochtendmensen.
Tom overleed vanmorgen.
Ik ben een ochtendmens.
Goedemorgen, slaapkop!
Tom stierf maandagmorgen.
Tom scheert zich iedere morgen.
Ik doe iedere morgen boodschappen.
Zij gaat elke ochtend onder de douche.
Ik eet elke ochtend ontbijt.
Laten we morgenochtend vertrekken.
Wacht tot morgenochtend.
Hij heeft zich overslapen deze morgen.
Ik scheer me elke morgen.
Ik zei goedemorgen.
Wat is er vanmorgen gebeurd?
Hallo Tom. Goedemorgen.
Waar is Tom vanmorgen?
Goedemorgen mijn zonneschijn.
Tom scheert zich iedere morgen.
Ik ben geen ochtendmens.