Examples of using "In " in a sentence and their dutch translations:
in sloppenwijken, scholen, gevangenissen en theaters --
Kom binnen!
Stap in.
Kom binnen alstublieft.
Kom binnen!
In feite willen we in sommige gevallen
in Mbaise, in het zuidoosten van Nigeria.
- Kom binnen!
- Ga naar binnen.
Wat is er in de mode in Parijs?
Komt u binnen!
Ik was in februari in Sao Paulo.
Ik ben in 1977 in Osaka geboren.
Wie is de baas?
Kom binnen alstublieft.
moeten in door de regering gerunde fabrieken in China
Terreur in oorlog ... sieraad in vrede ...
In Europa beginnen de scholen in september.
Maria kwam binnen.
Laat me binnen.
- Hou contact.
- Blijf in contact.
- Kom binnen alstublieft.
- Kom alstublieft binnen.
Komt u binnen!
Tom is in 2013 in Boston gestorven.
Ik zit in de gevangenis.
- Zij zijn in de tuin.
- Ze zijn in de tuin.
- Hij is in het bos.
- Ze is in het bos.
- Hij is in de tuin.
- Ze is in de tuin.
Hij is in het ziekenhuis.
Laat me binnen.
- Kom binnen alstublieft.
- Kom alstublieft binnen.
- Kom binnen!
- Stap in.
- Ga naar binnen.
Alvast bedankt.
Kom binnen!
Het nieuwe semester begint in april in Japan.
in Queensland,
in Australië
In Zimbabwe...
In ngo's.
door Napoleon waren opgesteld .
in Wageningen.
Alles inbegrepen.
Smakelijk.
Zij zijn binnen.
- Doe mee!
- Kom erbij!
Kom binnen!
eerst in het noorden in de jaren 1820.
Om dat in de juiste context te zien:
Ondertussen, in Amerika, in Concord, Massachusetts,
In feite is er voldoening in het streven
in Uttar Pradesh, de grootste staat van India.
Alvast bedankt!
Ik ben in India.
Hij is niet binnen.
Ik ben in Parijs.
- Jij bent in gevaar.
- U bent in gevaar.
- Jullie zijn in gevaar.
Wie is de baas?
Ik ben in 1945 in Hiroshima geboren.
Ga in de rij staan.
Hij is in het ziekenhuis.
Eigenlijk ben ik in Boston geboren.
Ik zit in de problemen.
Ik ben in 2002 in Israël geboren.
Het doet pijn.
- Snij het in tweeën.
- Snij het doormidden.
- Snij het door de helft.
's Zomers is het erg heet in Kioto.
- Eendracht maakt macht.
- De kracht ligt in de eenheid.
Colette is geboren in Boergondië in 1873.
Rood zit in bloed en in zand.
Alles is in orde.
Alvast bedankt.
Hij is in Tokio.
We zijn ingesneeuwd.
Wie is de baas?
Ik woon in een huis in Truro.
- Je hebt geluk.
- Jullie hebben geluk.
- U heeft geluk.
In onze scholen, onze buurtcentra,
Ik ben in Berlijn.