Translation of "تتحدث" in Dutch

عما تتحدث؟

Waar praten jullie over?

- هل تتحدث اللغة الألمانية؟
- هل تتحدث الألمانية؟

Spreek je Duits?

هل تتحدث الهولندية؟

- Spreekt u Nederlands?
- Spreek je Nederlands?
- Spreken jullie Nederlands?

إنها تتحدث الألمانية.

Ze spreekt Duits.

هل تتحدث الجورجية؟

- Spreek je Georgisch?
- Spreekt u Georgisch?
- Spreken jullie Georgisch?

هل تتحدث الكتالونية؟

- Spreekt u Catalaans?
- Spreek jij Catalaans?
- Spreken jullie Catalaans?

هل تتحدث الفرنسية؟

- Spreekt u Frans?
- Spreek je Frans?
- Spreken jullie Frans?

هل تتحدث الصينية؟

- Spreek je Chinees?
- Spreekt u Chinees?
- Spreken jullie Chinees?

هل تتحدث الإيطالية؟

Spreek je Italiaans?

هل تتحدث العبرية؟

Spreek je Hebreeuws?

هل تتحدث الألمانية؟

- Spreek je Duits?
- Spreekt u Duits?
- Spreken jullie Duits?

هل تتحدث التركية؟

- Spreekt u Turks?
- Spreek je Turks?
- Spreken jullie Turks?

هل تتحدث الإسبانية؟

- Spreekt u Spaans?
- Spreek je Spaans?
- Spreken jullie Spaans?

هل تتحدث السويدية؟

- Spreek je Zweeds?
- Spreekt u Zweeds?
- Spreken jullie Zweeds?

هل تتحدث الألبانية؟

- Spreek je Albanees?
- Spreekt u Albanees?
- Spreken jullie Albanees?

هل تتحدث المقدونية؟

- Spreekt u Macedonisch?
- Spreek je Macedonisch?
- Spreken jullie Macedonisch?

هل تتحدث السواحلية؟

- Spreek je Swahili?
- Spreekt u Swahili?
- Spreken jullie Swahili?

هل تتحدث الإسبرانتو؟

- Spreek je Esperanto?
- Spreekt u Esperanto?
- Spreken jullie Esperanto?

هل تتحدث اللاتينية؟

- Spreekt u Latijn?
- Spreek je Latijn?
- Spreken jullie Latijn?

هل تتحدث اللاتفية؟

- Spreek je Lets?
- Spreekt u Lets?
- Spreken jullie Lets?

ما الذي تتحدث عنه؟

- Waar heb je het over?
- Waar praat je over?
- Waar hebt u het over?
- Waar praten jullie over?
- Wat bedoel je daarmee?

- عمّن تتحدث؟
- عمّن تتحدثين؟

Over wie heb je het?

إنها تتحدث بسرعة نسبياً.

Ze spreekt behoorlijk snel.

إنك تتحدث الإنجليزية بطلاقة.

Je spreekt vloeiend Engels.

أمضت ١٥٠٠٠ ساعة تتحدث بالفرنسية،

dat al 15.000 uur blootgesteld is aan Frans

هل تعرف إذا تتحدث الإنغليزية؟

- Weet jij of ze Engels kan spreken?
- Weet je of ze Engels kan spreken?

- عن من تتحدث؟
- عمّن تتكلم؟

Over wie heb je het?

- أمي لا تتحدث الإنجليزية بشكل جيد جداً.
- والدتي لا تتحدث الإنجليزية بشكل جيد جداً.

Mijn moeder spreekt niet zo erg goed Engels.

- هل تتحدث العربية؟
- هل تتكلم العربية؟

- Spreek je Arabisch?
- Spreekt u Arabisch?
- Spreken jullie Arabisch?

- هل بإمكانك تكلم الإيطالية؟
- هل تتحدث الإيطالية؟

- Spreekt u Italiaans?
- Spreek je Italiaans?
- Spreken jullie Italiaans?

- إنها تتكلم كثيراً.
- إنها تكثر من الكلام.
- إنها تتحدث أكثر من اللازم.
- إنها تتحدث أكثر مما يجب.

Ze praat veel.

في الأساس، عندما أرادت أن تتحدث في بعض الأحيان،

Soms, als ze iets wilde zeggen,

- عما تتحدث؟
- عما تتحدثون؟
- عما تتحدثن؟
- عما تتحدثان؟
- عما تتحدثين؟

Waar praten jullie over?

سأل ديما: "التلفاز الدولي؟ ما الذي تتحدث عنه يا صائب؟"

"Internationale tv?" vroeg Dima. "Waar heb je het over, Al-Sayib?"

‫لذلك فإن "كوكس" يشكك في القصص‬ ‫التي تتحدث عن هجمات مجموعات‬ ‫غير مبررة وانتقامية.‬

Daarom is Cocks sceptisch over verhalen... ...over groepsaanvallen zonder provocatie en uit wraak.

- يتنايب عدد كعك القوالب التي ستحصل عليها عكسياً مع كم المرات التي تتحدث فيها على الـ"IRC" -أي برنامج المحادثة الفورية-.
- يتناسب عدد الكعك الذي ستحصل عليه تناسبًا عكسيًّا مع عدد المرات التي تتحدث فيها على الـ"IRC".

Het aantal muffins dat je krijgt, zal omgekeerd evenredig zijn aan het aantal keer dat je op IRC praat.