Examples of using "покупаете" in a sentence and their dutch translations:
U koopt brood.
- Waar koop je groenten?
- Waar kopen jullie groenten?
- Waar koopt u groenten?
Waar koopt u groenten?
Zij kopen brood.
Hoeveel bloemen koop je?
- Hoe vaak koop jij een tandenborstel?
- Hoe vaak koopt u een tandenborstel?