Translation of "ношу" in Dutch

Я ношу очки.

Ik draag een bril.

Я ношу контактные линзы.

Ik draag contactlenzen.

Я не ношу часов.

Ik draag geen horloge.

Я не ношу вызывающую одежду.

Ik draag geen suggestieve kleding.

Я никогда не ношу розовое.

Ik draag nooit roze.

- Летом я ношу рубашки с короткими рукавами.
- Летом я ношу рубашки с коротким рукавом.

In de zomer draag ik shirts met korte mouwen.

- Я ношу крутую одежду и клёвые солнцезащитные очки.
- Я ношу крутые шмотки и очки.

Ik draag coole kleren en een coole zonnebril.

Я ношу очки только для чтения.

Ik draag alleen bij het lezen een bril.

Я уже давно не ношу галстук.

Ik draag allang geen stropdas meer.

Я повсюду ношу их с собой.

Ik draag ze overal bij me.

- Я часто ношу шляпу.
- Я часто хожу в шляпе.
- Я часто хожу в шапке.
- Я часто ношу шапку.

Ik draag vaak een hoed

Я всегда ношу сапоги, когда идёт дождь или снег.

Ik draag altijd laarzen als het regent of sneeuwt.

- Я часто ношу шляпу.
- Я часто хожу в шляпе.

Ik draag vaak een hoed

- Я ношу купальник под одеждой.
- У меня купальник под одеждой.

Ik draag mijn badpak onder mijn kleren.

Когда я ношу контактные линзы, мои глаза сушатся и краснеют.

Wanneer ik contactlenzen draag, voelen mijn ogen droog aan en worden ze rood.

Я часов не ношу, но раньше, когда был моложе, носил.

- Ik draag geen horloge maar deed dat wel toen ik jonger was.
- Ik draag geen horloge, maar ik had de gewoonte er een te dragen toen ik jonger was.

- Я часто хожу в джинсах и футболке.
- Я часто ношу джинсы и футболку.

Ik draag vaak een spijkerbroek en een T-shirt.

- Я никогда не ношу белых носков.
- Я никогда не хожу в белых носках.

Ik draag nooit witte sokken.

- Я часто ношу джинсы и синюю рубашку.
- Я часто хожу в джинсах и синей рубашке.

- Ik draag vaak een blauwe spijkerbroek en een blauw shirt.
- Ik draag vaak blauwe jeans en een blauw shirt.
- Ik heb vaak een blauwe spijkerbroek en een blauw overhemd aan.

- Я всегда ношу шлем, когда езжу на велосипеде.
- Я всегда надеваю шлем, когда езжу на велосипеде.

- Ik draag altijd een helm wanneer ik fiets.
- Ik heb altijd een helm op wanneer ik fiets.
- Wanneer ik fiets draag ik altijd een helm.
- Wanneer ik fiets heb ik altijd een helm op.

- Я никогда не ношу красное.
- Я никогда не одеваюсь в красное.
- Я никогда не надеваю красное.

Ik draag nooit rood.

- Я не каждый день хожу в галстуке.
- Я не каждый день ношу галстук.
- Я не каждый день в галстуке.

Ik draag niet iedere dag een das.